Irene Verbeek

Niet alleen het schilderen beheerst haar leven, ook het werken met grafisch materiaal fascineert haar vanaf de dag dat zij de eerste kras-afdruk zag in een stoepsteen en ze haar eerste voetafdruk maakte bij de Noordzee. Haar eerste boek als kunstwerk oogstte meteen veel lof: Mensen Dieren Dingen werd in 1979 door toedoen van museumdirecteur Frans Haks tentoongesteld in het Groninger Museum. Naar aanleiding daarvan werd de Frankenthaler-cilinderpers, waarop in de Tweede Wereldoorlog illegaal Het Parool was gedrukt, aan Irene Verbeek overgedragen, gepresenteerd door Henk van Os. Zij werd geprezen doordat zij de techniek van Hendrik Nicolaas Werkman voortzette en daarmee vernieuwingen in de grafische kunst wist te bewerkstelligen.

Na haar eerste boek uit 1979 verschenen verschillende boeken van haar hand, zowel in eigen beheer als bij uitgeverij Philip Elchers en bij Ombre Productions.
De boeken, waarvan de meesten door haarzelf gedrukt op de Frankenthaler-cilinderpers uit 1924, (waarop in 1944 illegaal Het PAROOL werd gedrukt), hebben relatief een zeer kleine oplage van soms maar 10 exemplaren: Mensen dieren dingen (1979), Cyclus (1982), Uit den Boze (1987), De F7 toets (1992), The Revenge (1995), Abraza (1996), …opdat ik niet meer heten zal Julien de Vignal (2002), Oostum op aarde (2005), HET OOIT (2009), TIJD tot later (2011), ABEDEWOESCH (2013) en LIBERA een diptiek (2015).

De boeken combineren eigenzinnige, oude en nieuwe technieken met een gelaagde, indringende inhoud. Het werk LIBERA een diptiek uit 2015, is daar een prachtig voorbeeld van. De twee bronnen waaruit Irene Verbeek put zijn: – de ontembare levenslust omdat het leven de moeite waard is en – het menselijk tekort dat het leven kan vernielen en vernietigen. Beide komen in haar werk samen. Al haar boeken zijn aangekocht door de Koninklijke Bibliotheek en/of het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie in Den Haag.

nl.wikipedia.org/wiki/Irene_Verbeek

Uitgaven van Irene Verbeek