Théo Op de Beeck (Turnhout 1901 – 1993), één van de toppers van de Lieremanschilders, vernoemd naar het natuurgebied ‘De Liereman’ in Oud-Turnhout, heeft een voorkeur voor Kempische landschappen die hij graag een mysterieuze toets gaf en voorzag van een heel ongewoon koloriet.

Onder de stuwende kracht van o.a. Jean-François Millet (1814–1875), ontstond het pleinairisme, de tendens om de natuur zelf ter plekke te gaan bestuderen en te schilderen, ver weg van het eigen atelier. De Kempen, een streek met nog uitgestrekte, ruwe natuur, was een belangrijke aantrekkingspool voor deze nieuwe stroming. In navolging van zijn oom Jef Claesen, trok ook Theo Op de Beeck (1901 – 1993) evenals zijn jongere broer Jozef Op de Beeck (1904 – 1966) vaak naar dit pittoreske natuurgebied om de schoonheid ervan vast te leggen te leggen op doek. 

De invloed van deze kunstenaars op het natuurgebied is niet onbelangrijk. Het is uiteindelijk onder hun stuwende kracht dat dit uniek stuk natte heide beschermd werd. Tot op vandaag trekken kunstenaars nog steeds de Liereman in om het prachtige landschap vast te leggen op doek.

Deze ‘druk’ is dubbel gesigneerd. Eén keer in de druk linksonder, alsook rechtsonder onder de tekening. Formaat kader 540 × 348 mm, werk heeft sporen van ‘ouderdom’. Mag weg tegen elk aannemelijk voorstel.

Eventueel in combinatie met de uitgave – Theo Op de Beeck – een keuze uit zijn verzen, met een greep uit zijn schilder- en tekenwerk als illustrerend kader. Uitgever: De vrienden van de kunstenaar. Op 14 maart 1981, de dag waarop hij 80 werd, werd deze bundel hem en ons allen aangeboden als een blijvend restant van 80 jaar scheppend mens-zijn. Voorzien van dédicace en signatuur Theo op de Beeck.