Techniek


19 september 2011

Het maken van zinken clichés

Sinds enige tijd ben ik bezig met het drukken op een oude trapdegel. Inmiddels hoort daarbij ook het maken van clichés. Deze maak ik momenteel van de welbekende fotopolymeerplaten. Helaas voldoen deze niet altijd aan de kwaliteit die ik wil bereiken.

Nu ben ik op zoek naar goede informatie over:

  • — het vervaardigen van zinken clichés
  • — het vervaardigen van goede films (negatieven) voor de belichting

Wie kan mij helpen aan goede informatie om deze technieken onder de knie te krijgen? Zijn er websites of leerboeken waar deze technieken goed in worden uitgelegd, of bestaat er bepaalde apparatuur die hierbij kan helpen?

Graag reacties via dit bericht of per e-mail: ynpenders@gmail.com

Bij voorbaat dank!

Youri

1 gedachte over “Het maken van zinken clichés”

  1. Ik begrijp dat je onvoldoende kwaliteit kunt realiseren met kunststof beelddragers. Zink is een mooi maar zeer bewerkelijk materiaal. Om daarbij het juiste talud te realiseren moet je in meerdere fasen etsen. Dat is uiterst complex en tijdrovend. Daarnaast zijn er éénfase-etsmachines maar die zijn duur in gebruik en onderhoud.

    Informatie over deze systemen kun je vinden in oude grafische vakboeken. Het éénfase etsen werd in 1960 industrieel ingezet en gebruikt door vrijwel alle clichéfabrieken. Nu zijn het nog uitsluitend staalstempelvervaardigers (bedrijven als Schuts Amsterdam) die dat doen.

    Met strikte milieu-eisen in gecontroleerde afdelingen.

    Een grafisch vakboek “Chemigrafie” (Edeka) van vóór 1970 zal de relevante informatie bevatten.

    Mijn advies: probeer de processtappen van het vervaardigen van kunststof beelddragers beter onder de knie te krijgen.

    De filmnegatieven moeten qua densiteit (zwarting) en contrast aan strenge eisen voldoen, bij zink is dat nauwelijks minder.

    In het bewuste vakboek staat ook voldoende over de aanmaak van films. Bij de kunststof cliché’s is de spectrale lichtverdeling van de lampen en de spectrale lichtdoorlaatbaarheid van de film van groot belang. In lekentaal moeten de verlichting en de ‘filmkleur’ op elkaar zijn aangepast. Is dat niet optimaal, dan zullen de beeldopbouw en taludvorm afwijken. Dan resulteert dan mogelijk in kwaliteitsproblemen.

    Beantwoorden

Plaats een reactie