Bob den Uyl
Een trouwe vriend
Bucheliuspers, 2020
Formaat: 23 × 16,5 cm
Aantal pagina’s: 32
Oplage: 35 exemplaren
€ 35

Deze uitgave is uitverkocht.

De kater van Bob den Uyl

Ironie is in onbruik geraakt. Het weldadige gebied ergens halverwege de menslievende ernst en de botte grap lijkt onveilig terrein geworden. Alleen bij dode schrijvers treft men nog de tongue in de cheek aan. Het zij zo. Aan Bob den Uyl heeft het niet gelegen.

In zijn betrekkelijk korte leven (1930–1992) heeft hij met zijn verhalen een klein maar trouw lezerspubliek verworven dat zijn relativerende mistroostigheid naar waarde wist te schatten, en mogelijk iets herkende van de levensangst die daaronder school. Den Uyl stond niet vrolijk in de wereld, die voor hem een oord van verontrustende en bedreigende zaken was, waarin hij de weg niet wist te vinden. Korte, absurdistische beschouwingen en reisverhalen van een eenzame buitenstaander met twee linkerhanden en altijd weer een lekke band vormen de neerslag daarvan.

In het begin van zijn schrijversloopbaan, nog vóór de publicatie van zijn debuutbundel Vogels kijken (1963), heeft hij een poging gewaagd tot een roman, vermoedelijk op aandringen van zijn uitgever. Het viel hem niet mee, het schrijven van de regenachtige geschiedenis van Johan Martins, die een slordig leven zonder veel ambitie leidt. Halverwege het geploeter noteert Den Uyl in zijn dagboek: DAT BOEK, VERDOMME. Het boek kwam er wel, Ieder draagt zijn steentje bij, maar het is nooit uitgegeven. Het lijkt onwaarschijnlijk dat hijzelf niet heeft gezien dat hij geen schrijver van de lange adem was, al heeft hij twintig jaar na dato, in 1983, nog een vergeefse poging gedaan het te publiceren.

Nico Keuning, biograaf van Den Uyl (Een zeker onbehagen, 2008) vond dat toch zonde. Nee, het is geen meesterwerk, maar in de details is de latere, eeuwig zeurende Den Uyl al aanwezig, en al mist het boek de volstrekt eigen humor van de verhalen, we herkennen deze tobbende loser wel degelijk, zoals in het fragment dat Keuning koos en inleidde, het verslag van een kater, dat De Bucheliuspers nu in een afzonderlijke uitgave heeft gedrukt. Het zal lezers van Den Uyl niet verbazen dat ‘Een trouwe vriend’ diens metafoor is voor koning Alcohol. De Bucheliuspers heeft het boekje dan ook gedecoreerd met jeneverglaasjes in diverse combinaties. Al gaf Bob de voorkeur aan whisky – en aan in de ongenade gevallen ironie.

1 gedachte over “De kater van Bob den Uyl”

Plaats een reactie

Meer uitgaven van De Bucheliuspers