Eszmélet / Inzicht, vertaald door Arjaan van Nimwegen en Orsolya Réthelyi
Bucheliuspers, 2024
Formaat: 22 × 12 cm
Aantal pagina’s: 36
Oplage: 30 exemplaren
€ 20,-
Steunt de Hongaren
De Bucheliuspers en haar voorgangers hebben in de loop van hun vijftigjarig bestaan een aantal specialismen gekend (ultrajectiana, bibliokleptomanie, katten, onzin) en een kleine schare van fondsauteurs verzameld, onder wie Arie Niemeijer, Hans van Straten, Wouter Noordewier en Erich Wichman. Sinds een paar jaar is er een ander interesseveld bijgekomen: de Hongaarse moderne klassieken. De hernieuwde belangstelling van De Bucheliuspers voor haar moederland leidde eerder tot uitgaven van vertaald werk van Miklós Radnóti, en nu verschijnt er een kleine uitgave van zijn tijdgenoot Attila József (1905-1937). Minstens net zo’n titaan als Radnóti, veelzijdig en vernieuwend, een onmogelijk mens met een gruwelijke jeugd achter zich, en die zich tenslotte, na vele therapieën, gierend gek voor de trein stortte. En ons in die paar jaren van zijn dichterschap verrijkt heeft met een uitzonderlijk oeuvre van hartverscheurende, lieflijke, wraakzuchtige en absurdistische verzen. Die verzen zijn uw uitgever en zijn vaste vertaalpartner Orsolya Réthelyi nu aan het ontsluiten voor de Nederlandse lezer.
Natuurlijk komt er, net als van Radnóti, een uitgebreide bloemlezing bij een gerenommeerde uitgeverij (al weet die dat nog niet), maar als voorproefje brengt De Bucheliuspers met trots ‘Eszmélet / Inzicht’, een kerngedicht in Józsefs werk, een ketting van vormvaste strofen, waarin hij zijn eigen ziel en intellect analyseert en zijn verhouding tot de werkelijkheid bepaalt. Interpretatie is soms moeilijk, maar altijd fascinerend.
En dat in slechts dertig exemplaren, tweetalig, stuk voor stuk gebonden in een handgemarmerde band, somber maar kleurrijk, net als de dichter zelf.
Na József zullen vanzelfsprekend al die andere grootheden volgen, mannen en vrouwen die de canon van de Hongaarse poëzie hebben gevormd, niet in de laatste plaats Sándor Petőfi, de negentiende-eeuwse romantische dichter en held, van wie elke Hongaar, ultranationalist of niet, spontaan minstens een paar versregels kan citeren.
We moeten de Hongaren erbij houden. In elk geval de dichters.